Taal & Mores

Ab Hof

Tekst: Frits Roest

Mijn eerste flessen wijn Ab Hof kocht ik begin jaren negentig. Ik woonde in Wenen, een goede vriend had bij een wijnboer in Donnerskirchen (Burgenland) een fantastische Welschriesling ontdekt en nam me bij zijn eerstvolgende bezoek mee. Ik was meteen verkocht. Aan die Welschriesling, maar vooral aan het proeven en kopen bij de wijnboer thuis. De wijn zelf smaakt niet per definitie beter dan die van de slijter – maar je drinkplezier wordt wel degelijk vergroot als je de maker en zijn productiewijze kent.

Weer en wijn

Helemaal spannend is het om verschillende jaren achter elkaar dezelfde wijn van die ene wijnboer te kopen. Oostenrijkse wijnboeren produceren jaargangswijnen en uiteraard kan een Sauvignon Blanc 2012 heel anders smaken dan die uit 2013. Dat verschil leert je veel over de invloed van het weer op de wijn. Je proeft wat het betekent als het op het juiste moment warm en droog is geweest. Je proeft ook als het te koud en vochtig is geweest en de druiven moeilijk rijp zijn geworden. Een goede wijnboer maakt van een slecht jaar nog steeds een prima drinkbare wijn, maar kan (en wil) ook uitleggen hoe lastig het was en hoeveel beter het had kunnen zijn. Zeker als hij merkt dat je echt belangstelling hebt.

Een mindere jaargang is geen reden om niet terug te komen. Je leeft mee met de boer en verheugt je met hem op de hopelijk betere oogst in het komende jaar. Toch heb ik mijn Welschriesling-leverancier na tien jaar verlaten. Toen Sauvignon Blanc in de mode kwam, ging hij zich meer en meer op die wijn concentreren. Zijn Welschriesling was al gauw geen schaduw meer van de vroegere kwaliteit. Toen het hem niet meer interesseerde, was ik ook niet meer geïnteresseerd. Ik heb ervan geleerd dat zelfs de beste wijnboeren niet van elke druif een goede wijn maken: je kunt proeven waar hun passie ligt.

Alibi-flessen

Al mijn Oostenrijkse vrienden die in de buurt van een wijngebied wonen, hebben hun ‘vaste’ wijnboer. Dat weerhoudt hen er niet van af en toe vreemd te gaan. Dat doe ik zelf ook. Ik zoek bij voorkeur kleine wijnboeren op. Het is weliswaar verleidelijk om af te gaan op de grote namen en reputaties (die meestal terecht zijn), maar ook bij kleine wijnboeren kun je fantastische wijnen ontdekken. Met hen heb je vaak ook een ander contact. Ze hebben geen proeflokaal dat gerund wordt door familie of personeel, maar nemen zelf de tijd voor je.

Natuurlijk kun je niet zomaar op de stoep staan: stel je voor dat ze net in de wijngaard werken. Maar als ik bel, kan ik vaak diezelfde middag of de dag erna komen proeven. Zoals het hoort, koop ik dan altijd tenminste een paar alibi-flessen. Die wijnboer heeft er hard voor gewerkt en er is altijd wel iets dat lekker wegdrinkt. Omdat de prijzen Ab Hof heel redelijk zijn, is dat sowieso een goede investering. Vind ik een wijn echt goed, dan koop ik meestal een of twee doosjes met zes flessen. Als ik in een wijnregio ben, ga ik elke dag wel ergens anders proeven. Dat levert genoeg wijn op voor weer een jaar drinkplezier thuis.