Oprichter SOS Kinderdorpen

Hermann Gmeiner

Tekst: Emely Nobis

Toen Hermann Gmeiner in 1949 een dorp bouwde om oorlogswezen op te vangen, had hij geen idee hoe groot zijn initiatief zou worden. Op bezoek in Imst (Tirol), geboorteplaats van SOS Kinderdorpen.
SOS Kinderdorpen

SOS Kinderdorf in Imst ,Österreich

Toen Hermann Gmeiner in 1949 een dorp bouwde om oorlogswezen op te vangen, had hij geen idee hoe groot zijn initiatief zou worden. Op bezoek in Imst (Tirol), geboorteplaats van SOS Kinderdorpen.

Het SOS kinderdorp in Imst ligt op de Sonnberg, een plateau net buiten het stadje zelf, idyllisch gelegen nabij een bosrand. Het oogt als een gewone wijk in een dorp, met een twintigtal witgekalkte huizen in Tiroolse stijl, een crèche en een grote speeltuin. In de autovrije straten spelen kinderen met elkaar; hun ‘ouders’ kijken toe en handhaven zo nodig de orde. Het is er bijna nostalgisch schoon en harmonieus.

‘Haus Frieden’: zo heet het eerste huis dat in 1949 op dit 7,5 hectare grote terrein ontstond. Het zou het eerste SOS familiehuis van het eerste SOS kinderdorp ter wereld worden. Initiatiefnemer Hermann Gmeiner (1919-1986) was geraakt door het lot van de vele wezen na de Tweede Wereldoorlog. Hij kon niet begrijpen dat kinderen die hun ouders hadden verloren nog eens extra werden ‘bestraft’ door ze in een onpersoonlijk internaat te stoppen. Broers en zussen uit hetzelfde gezin werden daarbij vaak zelfs uit elkaar gerukt. Het moet toch mogelijk zijn, dacht Gmeiner, om hen een vervangende familie te bieden en hen te laten opgroeien in een gewoon huis met een ‘moeder’, broers en zussen.

Het idee, even simpel als briljant, werd ingegeven door zijn persoonlijke geschiedenis. Hij werd geboren in een boerengezin in Albertschwende in Vorarlberg. Na het overlijden van zijn moeder in 1925 ontfermde zijn oudere zus Elsa zich over hem en zijn zeven broers en zussen, zodat ze in een vertrouwde, stabiele omgeving konden opgroeien. Die ervaring bepaalde zijn verdere leven, zeker in combinatie met het vele kinderleed dat hij had gezien als soldaat in de oorlog en daarna als medicijnstudent en jeugdwelzijnswerker in de kerk.

In april 1949 richtte Gmeiner de vereniging Societas Socialis op, met als doel fondsen te werven voor de bouw van een ‘kinderdorp’. Hij investeerde al zijn spaargeld (600 Schilling) en schreef iedere gemeente in Tirol aan met het verzoek gratis bouwgrond ter beschikking te stellen. Nadat de burgemeester van Imst positief reageerde en een bevriende aannemer het eerste familiehuis op krediet wilde bouwen, stopte Gmeiner met zijn studie en werk om zich volledig op het nieuwe project te storten. Hij bleek een succesvol fondsenwerver. Vlak voor kerst 1950 konden de eerste vijf weeskinderen en hun ‘Mutter’ hun intrek nemen in Haus Frieden. In de zomer van 1951 telde de Sonnberg al vijf huizen met in totaal 45 kinderen. Het eerste SOS kinderdorp was een feit.

De wereld in

Tegenwoordig zijn in Haus Frieden de kantoren van het kinderdorp in Imst gevestigd. Nadat de laatste kinderen het ‘stamhuis’ hadden verlaten, woonde Gmeiner er zelf in drie vertrekken op de eerste verdieping. De kleine woon-, slaap- en badkamer bleven na zijn overlijden in 1986 onaangeroerd, als een eerbetoon aan hun laatste bewoner. De eenvoudige meubels ademen de sfeer van de jaren vijftig. Op de salontafel ligt een gehaakt kleedje, naast het eenpersoonsbed staat een kerststal, zijn after shave ligt nog op de wastafel in de badkamer. ‘Gmeiner was het grootste deel van het jaar op reis, maar dit is altijd zijn thuisbasis gebleven, zegt Jörg Schmidt, directeur van Kinderdorf Imst. ‘Gmeiner is nooit getrouwd en had geen eigen kinderen. Hij leefde echt voor zijn idee.’

In een interview uit 1973 constateert Gmeiner zelf zonder bitterheid: ‘Uit niets wordt niets. Je moet offers brengen als je zoiets tot stand wilt brengen. Mijn privéleven is zeker te kort gekomen.’

Een veel geciteerde uitspraak van Gmeiner is: ‘Ich kann nicht glauben, dass wir so groß geworden sind!’ Aanvankelijk wilde hij slechts één dorp bouwen, maar zijn idee vond weerklank, de fondsen stroomden binnen en al gauw volgden meer dorpen in Oostenrijk en Duitsland en vanaf 1960 ook buiten Europa. Bij Gmeiners overlijden was SOS Kinderdorpen actief in vijftig landen; inmiddels zijn dat er 134. Dat is volgens Schmidt zeker ook de verdienste van Gmeiners opvolger. Helmut Kutin was net als Gmeiner een halve wees. Na het overlijden van zijn moeder en de moord op zijn zus groeide hij vanaf 1953 op in Haus Frieden. In 1967 begon hij te werken voor de net opgerichte internationale koepel van SOS Kinderdorpen en in 1985 wees Gmeiner hem zelf aan als zijn opvolger. Schmidt: ‘Gmeiner heeft SOS Kinderdorpen opgericht. Kutin heeft het concept in de wereld uitgedragen. Hij heeft wezenlijk bijgedragen aan het succes. Helaas is het geen succes om alleen trots op te zijn. In Europa vangen we tegenwoordig vooral kinderen uit problematische gezinnen op, maar elders in de wereld verliezen nog steeds kinderen hun ouders door oorlogsgeweld, ziektes en rampen. Ik vind dat een groot bewijs van armoede.’

Vluchtelingenkinderen

En zelfs in de kinderdorpen in min of meer vredig Europa komt de oorlog weer akelig dichtbij door de opvang van vluchtelingenkinderen uit Syrië. In Imst gaat het om ongeveer een kwart van de tachtig minderjarige kinderen die er wonen. Schmidt: ‘Ze zijn naar Oostenrijk gekomen met een oudere broer, neef, oom of oma, terwijl hun ouders nog in kampen zitten in Jordanië, Syrië of Turkije. Dat maakt het voor ons niet altijd gemakkelijk.’

Hij vertelt over een jongen van acht uit Syrië, tijdens zijn vlucht zwaar mishandeld. Inmiddels spreekt hij perfect Duits (‘met een Tirools accent’) en schrijft hij foutloze opstellen. ‘Hij is enorm gemotiveerd, wil zijn achtergrond van vlucht, mishandeling en trauma vergeten. Wij vinden dat het relatief goed met hem gaat’, verzucht Schmidt, ‘maar zijn ouders in Turkije maken ons het leven zuur. Ze verwijten ons dat zijn Arabisch achteruit gaat, eisen dat hij de moskee en de islamcursus bezoekt en vinden dat wij hem proberen te hersenspoelen en te bekeren. Ze maken ons verantwoordelijk voor het feit dat zij geen invloed meer op hem hebben.’

Hoe hij daarmee omgaat? ‘Dat is heel lastig. Gmeiner was een gelovig katholiek, maar hij heeft van meet af aan gezegd dat SOS Kinderdorpen een boven-religieuze organisatie moest zijn. Hulp aan kinderen stond voor hem voorop, was belangrijker dan religie. Er hebben hier altijd al kinderen met verschillende religieuze achtergronden gewoond, ook moslims uit voormalig Joegoslavië. Toch botsen met de komst van Syrische vluchtelingenkinderen voor het eerst echt wereldbeelden op elkaar. Als die jongen op enig moment met zijn ouders wordt herenigd, lijdt dat tot een cultuurclash.’

Het is een van de vele uitdagingen waarmee SOS Kinderdorpen in Europa kampt. Zo is ook het oorspronkelijke idee van een ‘vervangende’ familie met een permanent inwonende moeder nauwelijks meer haalbaar. De SOS moeder van het eerste uur heeft plaatsgemaakt voor teams van ‘vaders en moeders’ per familiehuis, zodat het lastiger is een intieme band met een kind op te bouwen. Lastig is ook dat de gemiddelde verblijfsduur steeds korter of meer gefragmenteerd wordt, omdat veel kinderen uiteindelijk weer (tijdelijk) teruggaan naar hun ouders. Schmidt: ‘Toch hanteren we nog steeds hetzelfde uitgangspunt als Gmeiner. In de tijd dat een kind bij ons woont, hoe kort ook, proberen we het drie dingen te geven: een SOS moeder of vader als vertrouwenspersoon, de kans om naar school te gaan of een opleiding te volgen en de kans om in elk geval een deel van zijn of haar trauma te verwerken.’

Themaweg

Hermann Gmeiner zelf is na zijn dood definitief teruggekeerd naar Imst. Na speciale toestemming van de overheid mocht hij, zoals hij graag wilde, begraven worden op het terrein van het kinderdorp. In het kapelletje naast zijn graf vindt elk jaar op zijn sterfdag (26 april) een herdenkingsdienst plaats, bijgewoond door vertegenwoordigers van SOS Kinderdorpen uit heel de wereld. Schmidt: ‘Dat zijn gemoedelijke bijeenkomsten, waar altijd wel weer iemand een verhaal over Gmeiner vertelt dat nog niemand kende.’

Het plaatsje Imst is een beetje Gmeiner-dorp geworden. Onder de noemer Ubuntu zijn er geregeld culturele evenementen en exposities waarvan de opbrengst ten goede komt aan het kinderdorp. Tussen een bergkam en een beek aan de rand van het dorp loopt een themaweg met informatieborden en sculpturen die de geschiedenis en filosofie van SOS Kinderdorpen toelichten. In het centrum van Imst kun je Hermann Gmeiner zelfs tegenkomen, als levensgroot standbeeld op een bank bij een bushalte. Hij ziet eruit als een vriendelijke, oudere heer die geniet van het gezelschap van een groepje jongeren dat kletsend om hem heen staat. Het past bij zijn veel geciteerde uitspraak: ‘Alle kinderen van de wereld zijn mijn kinderen.’

Nederland heeft geen fysieke kinderdorpen, maar de Nederlandse tak geeft voorlichting over het internationale werk en werft sponsorgelden waarmee veertien SOS kinderdorpen elders in de wereld worden gefinancierd. soskinderdorpen.nl

Kijk wat je allemaal in de omgeving kunt doen op onze wegwijzer.

Tirol is een wandelparadijs dat rijk is aan natuurlijke schoonheid
Wellness Resort Hotel Alpina
Tiroler Gröstl
Hintertux Gletcherskigebied
Verdringing van de lariksen
Burcht Laudeck
Chrystal Cube
Marketentster met 'schnapsglaasjes'
Mountainbiketrail Mutters
Schnaps Museum
Vesting NaudersTirol Werbung
Roman Wörter© FREN Media
Zugspitze Resort - AbenteuerpoolEva Trifft Fotografie
Bergvuur Ehrwald
Rattenberg© Oostenrijk Magazine
Oostenrijk Magazine
Altfinstermünz
Achenseebahn
Schwarze Mander
Uitzicht op Nauders
© FREN Media, Emely Nobis
© Oostenrijk Magazine
Schloss Ambras
© TVB WILDER KAISER/ DANIEL REITER / PETER VON FELBERT
SOS Kinderdorpen

Google advertentie